As heeft een bijzondere betekenis in het Limburgse mijnverhaal. In 1901 ontdekte André Dumont hier de allereerste steenkool, alleen zag het toenmalige gemeentebestuur een steenkoolmijn niet zitten. Mijnschachten en ondergrondse gangen ga je hier dus niet vinden, maar je ziet wel duidelijk tekenen van het mijnverleden.
In een klein st-As-ionnetje
Jarenlang speelde het station van As een belangrijke rol in de steenkoolontginning. Van hieruit vertrokken de mijnwerkers naar de mijnsites van Eisden, Waterschei en Winterslag en werd de opgedolven steenkool getransporteerd over het kolenspoor. Vandaag vind je er een bezoekerscentrum in een oude treinwagon, is het een toegangspoort tot het Nationaal Park Hoge Kempen en ontdek je 'The Yard', een graffiti-kunstproject op enkele treinstellen.
Klim de hoogte in
Even verderop staat een uitkijktoren van 31 meter hoog. De toren is een exacte replica van de boortoren waarmee André Dumont steenkool ontdekte. Eens boven heb je een goed uitzicht over de site en de omliggende natuur van Nationaal Park Hoge Kempen.
Het mijnverhaal van Hugo Bollen
Hugo Bollen zou je de vader van het knooppuntfietsen kunnen noemen. Toen de steenkoolmijnen in de jaren ’80 één voor één sloten, stelde mijningenieur Hugo een project voor om in het noordoosten van de provincie een kwaliteitsvol fietsnetwerk te realiseren. Voor het gemak van de fietser bedacht hij een zeer gebruiksvriendelijke bewegwijzering: ‘het knooppuntensysteem’.
Het eerste stuk van het fietsroutenetwerk aan het station van As werd nog aangelegd door mijnwerkers.
Bekijk het mijnverhaal van Hugo Bollen
